Recensie Romeinse Tragedies

Uiteindelijk verandert er niets

19 juni 2007

‘Times are a-changing’, zingt die andere grote bard Bob Dylan aan het begin en aan het einde van Romeinse Tragedies van Toneelgroep Amsterdam. Het lijkt er door die muziekkeuze dus verdacht veel op dat regisseur Ivo van Hove een politiek statement wil maken door van drie van de vier Romeinse stukken van William Shakespeare: Coriolanus, Julius Caesar en Antonius en Cleopatra één voorstelling te maken.
Die samenvoeging levert zes uur theater op, zonder pauze. Tijdens de voorstelling kunnen de toeschouwers gaan en staan waar ze willen. Op het podium zijn verschillende zithoeken ingericht in hetzelfde degelijke grijs als de rest van het decor. Er is een bar en een buffet met salades en broodjes, die voor niet echt politiek correcte prijzen worden verkocht. Maar ook de zaal en het balkons zijn open voor de toeschouwers die een meer traditionele blik op de zaken willen houden. De acteurs spelen voorop en op een verhoging midden op het toneel. Vaak zie je als toeschouwer vanuit je zithoek maar een deel van de handeling, de rest is te volgen op televisieschermen die overal zijn geplaatst. En mocht je onverhoopt tussentijds een sanitaire stop moeten maken, dan blijken ook de toiletten van geluidsboxen voorzien om maar niets te hoeven missen.
Want er gebeurt veel in zes uur. Een legerleider wordt de inzet van een machtsconflict tussen de massa en de elite, een populistisch leider wordt door diezelfde elite omgebracht en wordt opgevolgd door twee even gehaaide politici. Waarvan er een door de liefde het staatsbelang uit het oog verliest en uiteindelijk wordt opgejaagd door zijn politiek meer vaardige collega.
Van Hove heeft zijn acteurs in strakke pakken gestoken, waarmee zij naadloos in het neutrale en degelijk-moderne decor van Jan Versweyveld passen. Politiek is immers een nette business, waar emoties nauwelijks een rol spelen. Zelfs dodelijke slachtoffers worden op klinische wijze weggewerkt. Ze worden keurig op een wagentje gelegd en onder een camera gereden, waar een laatste beeld hun dood bevestigd. De andere televisies, waar eerder nieuwsbeelden verschenen, sneeuwen even, alsof de politieke kaarten na de dood even opnieuw moeten worden geschud, voordat men weer publiekelijk naar buiten treedt. Maar dan gaat het politieke leven weer verder met persconferenties, nieuwsuitzendingen, achterkamertjesoverleg en crisisberaad. Belangen worden afgewogen, echte motieven verzwegen en er wordt schaamteloos op de gevoelens van de burger gespeeld.
Toch sijpelt er, echt of niet, soms emotie door in de politiek. En dan begint het soepel afgestelde machtsapparaat te haperen en te schuren. Van Hove laat dat mooi zien door de emoties van de personages steeds frequenter te laten botsen met de politieke werkelijkheid. De driftkop Coriolanus wordt eerst nog handig en professioneel uit de politieke arena verwijderd door hem te verbannen. De reactie van Marcus Antonius op de moord op Caesar is al ambigu: rouwt hij echt om de dood van zijn vriend, of zijn we getuige van schaamteloos politiek opportunisme? De oerkreet die Cleopatra tenslotte slaakt na het verlies van haar geliefde heeft niets meer met politiek te maken, al is Antonius’ dood uiteindelijk veroorzaakt door gebrek aan politiek inzicht.
Dat deze gebeurtenissen zich tussen het publiek afspelen is een sterk dramaturgisch uitgangspunt. Politiek is immers een publiek gebeuren, net als theater. Door zich te verplaatsen kan de toeschouwer/burger zich steeds letterlijk opnieuw verhouden tot de politici en hun besluiten. Maar het blijkt uiteindelijk onmogelijk om steeds het hele politieke veld te overzien en dan is de toeschouwer gedwongen zich tot de televisie, tot de media te wenden. Toch weet de voorstelling, hoe knap gemaakt ook, niet te raken. Hoe fenomenaal er ook gespeeld wordt (Jacob Derwig, Barry Atsma, Fetja van Huet, Chris Nietvelt, ze zijn allemaal weer op dreef), het blijft vrij klinisch concepttheater dat drijft op redelijk keurig en braaf teksttoneel. Als er dan, na vijf-en-een-half uur gas terug wordt genomen en Nietvelt de ruimte krijgt om voluit de emoties van de gekwelde Cleopatra in te vullen, dan is dat rijkelijk aan de late kant. Ondanks dat is Romeinse Tragedies een redelijk interessante voorstelling geworden die laat zien dat de politieke mechanismen in het oude Rome of in Shakespeares Londen niet wezenlijk verschillen van de onze. Mensen worden immers altijd gedreven door idealen, ambities, populisme of zelfs de liefde. En daarom ‘a-changed’ er uiteindelijk helemaal niets.

Romeinse Tragedies van Toneelgroep Amsterdam
Regie: Ivo van Hove
Met: Jacob Derwig, Fedja van Huet, Hans Kesting, Chris Nietvelt e.a.
Gezien: 17 juni 2007, Stadsschouwburg Amsterdam

Robbert van Heuven, 2007