Weinig kunst in verkiezingsprogramma´s

Weinig kunst in verkiezingsprogramma’s

Op maandag 16 oktober werd in de Tweede Kamer de nota Verschil Maken behandeld. In die nota pleitte minister Maria van der Hoeven voor een overheid die ´op afstand staat waar mogelijk en betrokken is waar nodig´. De verschillende politieke partijen hebben zich in het debat consequent bij de standpunten gehouden die ook in de verkiezingsprogramma´s zijn terug te vinden. PvdA, D´66 en GroenLinks pleiten in hun programma immers allen voor een herzien subsidiesysteem. De PvdA suggereert bijvoorbeeld een sterkere rol voor de Raad voor Cultuur, om de overheid enigszins op afstand te houden. In het nieuwe stelsel bestaat die ruimte, omdat de Raad zich met de grote beleidszaken en beleidsadvisering kan gaan bezighouden. GroenLinks pleit in haar programma inderdaad voor het besteden van een procent van de rijksbegroting aan de kunsten.
Marianne Versteegh van Kunsten ´92 liet in reactie op het kamerdebat weten erg blij te zijn met de motie van Kees Vendrik van GroenLinks die, consequent aan het verkiezingsprogramma van zijn partij, in een motie pleitte voor het optrekken van de uitgaven voor de kunsten naar één procent van de rijksbegroting. Verder is ze blij dat minister Van der Hoeven gevoelig bleek voor alle overwegingen die tijdens het debat ter tafel kwamen. Zeker als het gaat om de herstructurering van de fondsen. ´Een groot fonds dient immers werkbaar te zijn, herkenbaar te zijn voor het veld en zou ook niet juist meer bureaucratie moeten opleveren. De uitkomst van het debat, ook al was het natuurlijk een soort verkiezingsdebat, biedt vertrouwen. Al blijft het nog erg vaag en moet er nog een hoop duidelijk worden. Dat vraagt om aandacht. Zo is er nog weinig zicht op wat de Raad voor Cultuur er nou van vindt´. De vervolgstappen zullen nog in de Kamer worden besproken. Versteegh zegt niet uit te sluiten dat Kunsten ´92 voor die tijd met een advies komt, al wacht de belangenvereniging liever eerst de uitkomsten van de Commissie Alons af.

Zoals we inmiddels gewend zijn neemt kunst in de meeste verkiezingsprogramma´s geen prominente plaats in. Hoewel de teksten, als je ze kunt vinden, aan de kunsten wel de meest fantastische eigenschappen toedichten. Zo predikt regeringspartij CDA dat cultuur mensen verbindt. Coalitiepartner VVD heeft in haar flitsende en in Jip en Janneketaal opgestelde programmakrantje warempel een hoekje voor de kunsten weten te vinden. Op de allerlaatste bladzijde weliswaar en duidelijk onder het kopje ‘overige’. Met een glimmend chauvinisme merkt de krant op: ‘Zoals wij trots zijn op Rembrandt en genieten van de Amsterdamse grachten die vorige generaties ons nalieten, zo moeten onze prestaties de trots zijn van toekomstige generaties.’ Vooral opvallend is het woord ‘verdedigbaar’ in de partijvisie op kunst. Alsof de VVD de kunsten met tegenzin, maar nobel, moet verdedigen tegen haar achterban.
In het programma van D66 staan duidelijke stellingnames ten opzichte van het huidige beleid. Het schetst geen verbazing dat deze partij zich in het debat achter de plannen van haar oud-staatssecretaris schaarde. Na de plichtmatige, doch raadselachtige opmerking in het programma dat kunst het DNA van de samenleving is, volgt meteen het pleidooi om de uitgaven voor kunst- en cultuur naar één procent van rijksbegroting op te trekken.
Oppositiepartij PvdA afficheert zich deze verkiezingen als de ‘Partij van het kind’. In het programma is veel aandacht voor de komende generaties. Ook in het hoofdstukje ‘Kunst en Cultuur: inspiratie van en door mensen’, staat het kind voorop. De partij wijst erop dat de jeugd de culturele toekomst is en dat het daarom belangrijk is dat kinderen al vroeg in aanraking komen met kunst. CKV en een nieuw in te voeren culturele strippenkaart moeten daarbij helpen. Ook voor de beginnende maker is veel aandacht. Zoals het een socialistische partij betaamt, verzet de SP zich tegen marktwerking in de kunsten. De partij wil meer aandacht voor cultuuronderwijs, omdat ze zich zorgen maakt over het feit dat zo weinig mensen van culturele mogelijkheden gebruik maken.
Bij de populisten van PVV, Fortuyn (voorheen LPF) en EénNL zijn geen verdiepende inzichten over de kunstensector te vinden. Fortuyn legt wel een diep wantrouwen voor subsidies aan de dag, onder het mom dat burger moet zien dat hij waar voor zijn geld krijgt. Zo´n denktrant is voor de kunsten uiteraard bedreigend, al hoeven we, gezien de peilingen, niet te vrezen dat dat punt ook daadwerkelijk in beleid zal worden omgezet. Voor een partij die de premier aanspoort om te zeggen ‘dat onze cultuur de beste is’, zijn er in het ‘verkiezingspamflet’ van Geert Wilders´ PVV weinig tot geen ideeën te vinden waarop die cultuur via de kunsten onder het volk kan worden verspreid. Ook bij EénNL, de partij van Joost Eerdmans en Marco Pastors, komen de kunsten er bekaaid vanaf.
Van de hoos aan nieuwe partijen die verder voor het eerst met de verkiezingen meedoen, waaronder een Islampartij, een Seniorenpartij en een Dierenpartij, maakt alleen de Partij voor de Dieren wellicht kans op één zeteltje. En het moet gezegd: op de allerlaatste pagina van haar programma vinden we het hoekje met de kunsten. Al hebben de plannen niet veel om het lijf, hoopvol is die aandacht voor de kunsten wel.

Cultuurparagrafen partijprogramma’s

Lijst 1 CDA

* Omdat kunst niet alleen van de markt kan bestaan staat het CDA voor een overheid die kunst en cultuur laat bloeien, de kwaliteit verhoogt en zorgt voor spreiding en toegankelijkheid.

* Er moet gekeken worden hoe verder aan een volwaardige culturele infrastructuur kan worden gebouwd. Het CDA wil ook aandacht voor het culturele voorzieningenniveau buiten de Randstad.

* Er moet aandacht zijn en blijven voor cultuur in het onderwijs en dan met name om de waarden en normen die ten grondslag liggen aan de samenleving.

* Amateurkunst moet gestimuleerd worden, bijvoorbeeld door meer vruchtbare kruisbestuiving met de professionele kunstsector mogelijk te maken. Belemmeringen zoals knellende regelgeving moeten worden weggenomen

* Wat Nederland aan kunst en eigen cultuur te bieden heeft, is de moeite waard om in het buitenland te promoten. Dat moet professioneel en systematisch gebeuren door samenwerking tussen de kunstsector en de overheid.

Lijst 2 PvdA
* Er komen minder maar kwalitatief hoge opleidingen, en meer arbeidskansen voor kunstenaars en oog voor arbeidsmogelijkheden na de kunstcarrière.

* De arbeidsbescherming van kunstenaars kan beter. In dit opzicht zou de huidige inkomensregeling voor kunstenaars (de WWIK) vereenvoudigd kunnen worden en zouden de bijverdienregelingen voor kunstenaars kunnen worden verruimd.

* Er komt een einde aan bureaucratische regelgeving, veelal in het kader van Arbo en arbeidstijdenwet, die voorbij gaat aan de specifieke eisen en omstandigheden van deze sector.

* Uitgangspunten van een nieuwe systematiek zijn dat de politiek zich beperkt tot het formuleren van de hoofdlijnen en zich niet meer bemoeit met de uiteindelijke verdeling van subsidies. Dat gebeurt door een Raad van Cultuur die door zijn samenstelling vertrouwen en gezag in de sector heeft.

* Podia en gezelschappen van internationale allure (zoals bijvoorbeeld het Concertgebouworkest) moeten meer en langdurigere zekerheid krijgen. Hen zou de vierjaarlijkse beoordeling ten behoeve van de subsidieverdeling bespaard moeten blijven.

* Er worden meer lokale en regionale accenten in kunst en cultuur gelegd. Juist door verschillende accenten te leggen ontstaat ruimte voor een hoogwaardiger kunst en cultuuraanbod.

* De culturele sector wordt gestimuleerd door een verruiming van de fiscale mogelijkheden van burgers en bedrijven om te investeren in kunst en cultuur.

* Cultureel ondernemerschap moet worden gestimuleerd omdat het de kunst minder afhankelijk maakt van de overheid. Dit betekent ook dat culturele instellingen die in staat zijn gebleken geld uit de markt te halen, niet direct ´beloond´ moeten worden met een korting van de bijdrage van de overheid.

* Culturele en Kunstzinnige Vorming blijft onderdeel van het basis- en voortgezet onderwijs.
Jongeren krijgen een gratis ‘strippenkaart’ voor culturele activiteiten om vrijwillig en op eigen initiatief kennis te maken met cultuur, van toneel tot schaken en van journalistiek tot ondernemerschap.

Lijst 3 VVD

* Omdat een bloeiend, divers en kwalitatief hoogstaand kunstaanbod in sterke mate kan bijdragen aan het maatschappelijk welzijn is een substantieel staatsaandeel in de financiering van kunst verdedigbaar.

Lijst 4 SP

* Het cultuurbudget wordt verhoogd naar 1 procent van de rijksbegroting.

* Voor een goede sociale begeleiding van oudere kunstenaars is meer geld nodig. De eis tot bijverdienen in de nieuwe regeling voor kunstenaars (WWIK) mag niet zo hoog zijn dat daardoor beginnende kunstenaars hun beroep niet meer kunnen uitoefenen.

* Iedere jongere krijgt een gratis cultuurstrippenkaart, om kennis te maken met verschillende vormen van kunst en cultuur.

Lijst 6 Groen Links

* Het budget voor kunst, cultuur en media moet 1 procent van de rijksbegroting bedragen.

* Het vierjaarlijks bestemmen van kunstsubsidies wordt vervangen door een systeem van langlopende subsidies en fondsbeoordelingen. Aan de professionele beoordelaars worden hogere eisen gesteld. Gemeenten krijgen meer geld en ruimte om ateliers en broedplaatsen voor kleinschalige kunstzinnige experimenten te ondersteunen.

Lijst 7 Democraten 66

* Er moet een royaal fonds zijn voor bijzondere culturele projecten, Grand Projects, dat ingezet kan worden voor architectuur met internationale grandeur, aankoop van een uniek schilderij, organisatie van een festival of museale innovaties.

* Er moeten koppelsubsidies komen. Voor een breed cultureel offensief is participatie van particulieren, bedrijven en fondsen onontbeerlijk. De overheid stimuleert het schenken aan cultuur met koppelsubsidies (matching grants) en belastingmaatregelen.

* Internationale samenwerking is belangrijk. Nederland heeft baat bij sterke culturele banden met het buitenland. Het budget voor internationale culturele samenwerking moet daarom worden verhoogd.

* Er komt een Huis der Culturen, een plek waar nieuwe en oorspronkelijk Nederlandse kunstenaars een podium krijgen.

* De overheid stelt financiële kaders en bemoeit zich niet met de inhoud. Kunstenaars en culturele instellingen worden zo min mogelijk lastiggevallen met bureaucratie en politieke bemoeienis. De overbelaste cultuurnotacyclus, het verdeelsysteem voor Rijkssubsidies, wordt herzien volgens het principe dat de overheid op afstand staat.

* Er komt vanaf de basisschool meer ruimte komt voor cultuureducatie en kunstenaars voor de klas, en meer ruimte voor vrije expressie en de Canon.

* Er komt op scholen meer ruimte voor cultuureducatie, met speciale aandacht voor nieuwe media als het internet. De culturele chipcard voor jongeren wordt uitgebreid.

Lijst 8 ChristenUnie

* Het cultuurbeleid van overheden en van fondsen moet op een transparante manier worden gevoerd. De betrokkenheid van de kunst op de brede samenleving is een belangrijk aandachtspunt.

* Het ondernemerschap van kunstenaars moet worden bevorderd. Het bedrijfsleven wordt gestimuleerd kunst en cultuur te ondersteunen. Giften van particulieren aan kunstenaars worden fiscaal aftrekbaar gesteld.

* De overheid toetst alle vormen en regelingen voor indirecte subsidiëring van de kunst aan effectiviteit en doelmatigheid. Bij geconstateerde ondoelmatigheid wordt de regeling afgeschaft. Pornografisch of anderszins omstreden materiaal komt in elk geval niet voor indirecte subsidiëring in aanmerking.

* De overheid bevordert het eenvoudig en zorgvuldig gebruik van het Nederlands als bestuurstaal en cultuur en omgangstaal. Er moet een Nederlands-Vlaamse commissie komen die zorg draagt voor het vertalen van (met name Engelse) woorden en begrippen in het Nederlands.

Lijst 11 Partij voor de Dieren

* Er moet een substantieel budget komen voor Nederlandse cultuur, onder ander voor orkesten, toneel, ballet en opera.

* Er komt een opleiding voor kunstenaars om hun werk commercieel uit te dragen.

Lijst 15 PVN Partij voor Nederland

* Als kunst leidt tot tweedeling dient de overheid op te treden met passende, duidelijk zichtbare en afdoende maatregelen.

* Burgers en bedrijven dienen via belastingkorting in staat te worden gesteld in kunst te investeren.

Lijst 21 Islam Democraten

* De multiculturele samenleving moet terug worden gezien in het beeld van kunst en cultuur.

De overige 15 partijen hebben met betrekking tot kunst en cultuur geen concrete voornemens in hun programma’s opgenomen.

Robbert van Heuven, 2006